Op 11 april was er een netwerkbijeenkomst voor facilitaire managers in de GGZ sector. Het thema van deze bijeenkomst was: “Gevolgen van de omgevingsveranderingen op huisvesting en vastgoed”. Jan Luursema heeft een lezing gegeven met als titel ‘Krachtige Krimp’. Onderstaand een kort verslag.
De middag startte met het gesprek over de positionering van vastgoed in de GGZ organisatie. Wat zijn prikkels? Het betrof de prikkel die uitgaat van het leggen van huisvestingskosten bij het primaire proces versus de kennis/ beïnvloedbaarheid die het primair proces op het vastgoed heeft. Dat er een prikkel tot kostenbewustzijn moet worden gegeven is belangrijk, Maar ook de benodigde gezamenlijkheid, waarbij het belang van cliënt voorop staat, is van belang. Deze visie kwam ook terug in de presentatie van Jan Luursema. In zijn presentatie en in de discussie staat het thema “Krimp” centraal. Hoe hun je daar mee omgaan? Zijn mening is dat we in deze tijd nu eenmaal te maken hebben met krimpscenario’s en dat zijn we helemaal niet gewend: we willen er soms nog steeds niet aan. En dit scenario is al even aan de gang. Hij geeft ook aan dat als er enkele jaren geleden met de juiste mensen en een deskundige blik naar de omgeving gekeken is, dat je de scenario’s voor het huidige vastgoed kon zien aankomen. Net zo goed als de basis voor de toekomst nu al gelegd is. Ter illustratie laat hij het filmpje van de Rabobank zien waarin de huidige trends voor de meesten herkenbaar: 1. Klinkende keuzes maken, 2. Duurzaamheid, 3. Ik wil het nu! (direct beschikbaar) 4. Beleving (voel het verschil), 5. Flexibel: hebben niet houden, 6. Samenwerken, 7. De wereld is dichtbij.
Met deze trends en de eigen lokale situatie en de kernwaarden zijn ok weer vastgoed strategieën te maken. Uitgaande van krimp, flexibiliteit niet alleen te zoeken in het vastgoed maar ook in flexibiliteit van besluitvorming, samenwerkend met anderen en focussen op waar je goed in bent/waar je als organisatie voor staat: rondom cliënt! Dat betekent soms voor huidig incourant vastgoed: hek eromheen, niks meer aan doen en focussen op wat wel kan. Substitutie met andere functies is maar beperkt mogelijk (overal is krimp) en dekt vaak slechts beperkt de werkelijke kosten. Verder natuurlijk zo flexibel mogelijk bouwen: focussen op dat wat je echt graag wil, alleen courante locaties, alleen vaste buitengevels en verticale installatietechniek. Voor het analyseren van toekomstscenario’s per pand presenteert Jan nog een stoplichtmodel, waarmee je op basis van een aantal parameters de vastgoedtactiek rondom die locatie kan bepalen. In de discussie blijkt dat er wel nuancering mogelijk is, maar het thema Krimp is goed duidelijk geworden. Het was middag met een inspirerende en betekenisvolle discussie.